De laatste getuige

auteur: 
Louis Boeckmans & Pieter Serrien
ISBN nummer: 
9789492958525
uitgeverij: 
Overamstel
Body: 

De laatste getuige .jpgAls 19-jarige sloot Louis Boeckmans uit Tessenderlo zich aan bij het verzet. Nadat hij werd verklikt, werd Louis zwaar gefolterd in het SS-kamp van Breendonk. Dat bleek slechts de prelude van de onmenselijke omstandigheden die hij moest doormaken in de concentratiekampen van Buchenwald en Dora. Desondanks overleefde Louis de Tweede Wereldoorlog. Van de duizenden mannen en vrouwen die via Breendonk in een concentratiekamp zijn beland, is hij de enige die nog kan getuigen. Historicus Pieter Serrien tekende dit onvoorstelbare oorlogsverhaal op en geeft historische duiding.

Het is intussen 74 jaar geleden dat de Tweede Wereldoorlog eindigde. Vierenzeventig jaar waarin het grootste deel van Europa gevrijwaard bleef van gruwelijke oorlogstaferelen en de bewuste poging om een bevolkingsgroep volledig uit te roeien. Het grootste deel, want de Balkan bleef helaas niet gespaard van dit soort misdadigheid. Nog even en de herinnering aan die wereldbrand bestaat alleen nog uit wat erover is geschreven en in beelden werd gevangen. Nog een paar jaar en we zullen niet langer de mogelijkheid hebben om door de ogen van de laatste getuigen naar die tijd te kijken, naar hun verhalen te kunnen luisteren en hun emoties echt te voelen. Want ook al is het bijna driekwart eeuw geleden, de gevolgen van WOII, een oorlog die zijn kern had in de zompige gronden van superieur nationalisme en wrok jegens een zogenaamde vernedering vlak na de vorige wereldoorlog, wekken bij de meeste getuigen nog altijd een karrenvracht aan heftige gevoelens op.

Een van die getuigen is de bijna 96-jarige Louis Boeckmans, die opgroeit in de buurt van het Limburgse Tessenderlo. In ‘De laatste getuige. Hoe ik Breendonk en Buchenwald overleefde’ tekent historicus Pieter Serrien het verhaal op van Louis. Hij is het derde kind van Constantinus Boeckmans en Angelina Henderickx, die later nog vijf kinderen op de wereld zullen zetten. Louis is 16 en aanzienlijk minder wereldwijs dan een leeftijdgenoot in ons tijdsgewricht. In de jaren dertig van de vorige eeuw ligt het tempo van het leven behoorlijk lager dan wat we nu gewoon zijn en leeft een jongen die opgroeit op het land in een universum dat we nog amper kennen en herkennen. Hij werkt als loopjongen in de chemiefabriek van Tessenderlo, verdient 11, 25 frank per dag (zo’n 36 cent in de huidige munt) en heeft het naar eigen zeggen lang niet slecht. Maar op 10 mei 1940 verandert de wereld van Louis drastisch. Op die dag valt het Duitse leger België binnen en wordt elke man van 16 en ouder opgevorderd door het Belgische leger.

Wat volgt is een bij tijden ontroerend maar vooral verbijsterend verslag van Louis’ wederwaardigheden tijdens die oorlogsjaren. Hij moet zich, samen met zijn twee jaar oudere broer Jef en enkele buurjongens, melden bij een regiment in Noord-Frankrijk. Hoe ze daar moeten geraken, is hun probleem. Treinen rijden niet of zeer sporadisch en het autobezit heeft in die tijd nog niet de explosie meegemaakt die wij tegenwoordig kennen. Dus gaat het groepje te voet richting Normandië om daar na enkele maanden onverrichterzake terug te keren naar huis omdat België gecapituleerd heeft. Louis en de zijnen hebben volledig nodeloos meer dan 600 kilometer afgelegd. Maar onderweg ziet hij wél tot wat het Duitse leger in staat was en dat belooft weinig goeds voor de toekomst.

Door zich zo onopvallend mogelijk door het leven te bewegen, ontspringt Louis lange tijd de verplichte tewerkstelling van jonge mannen in Duitsland. Tot hij op een kwade dag verraden wordt door een meisje uit de buurt, een van de vele meisjes en vrouwen die opgroeien in een gezin dat collaboratie met de bezetter niet beschouwt als verwerpelijk opportunisme en eigenbelang, maar als een vanzelfsprekende keuze voor een doctrine. Louis en zijn broer Jef worden door de SS opgepakt en naar het doorgangskamp Breendonk gestuurd. Daar begint een ware helletocht van marteling, geweld, mishandeling, minachting, willekeur, ontmenselijking, sadisme en pure ploerterigheid tegen – bij voorkeur hulpeloze – andersdenkenden. Die helletocht leidt langs het uitroeiingkamp Buchenwald en Blankenburg via een dodenmars tot aan een grote schuur in het Duitse Sarau, waar een uitgeputte en graatmagere Louis op 30 april bevrijd wordt door de geallieerden. Na een herstelperiode in Zweden staat hij op 13 juli, 11 maanden nadat hij gedeporteerd werd naar Breendonk, weer op Belgische bodem en zit hij zijn grote liefde Germaine eindelijk terug.

Louis Boeckmans heeft tot nu gewacht om zijn verhaal met de wereld te delen. Zijn herinneringen waren te pijnlijk: ‘Alles lag nog te vers in het geheugen om er open over te vertellen. (…) Er werd bovendien niet gevraagd naar mijn verleden. En ik wilde er niemand mee lastig vallen.’ Die paar zinnen geven weer wat voor een man Boeckmans is: bescheiden, tevreden met een rol ergens op de achtergrond, dankbaar dat hij nog leeft. Een man wiens verhaal allicht was opgegaan in het grote vergeten als daar niet Pieter Serrien was geweest die Louis’ vertrouwen wist te winnen en dankzij zijn wil om te luisteren en zijn integriteit, die hij al eerder toonde in zijn boeken over de beide wereldoorlogen, het ooggetuigenverslag van dit oorlogsslachtoffer weet toe te voegen aan de lange lijst van noodzakelijke boeken over de hel van de kampen en de gruwel die mensen elkaar aandoen uit ideologische overwegingen. Dat Serrien de herinneringen van Louis Boeckmans in een historische context plaatst, inclusief keiharde cijfers en onweerlegbare feiten (de laatste getuigen van de Tweede Wereldoorlog nemen dan wel af in aantal, bij de Holocaust-ontkenners gebeurt dat helaas niet), maakt die herinneringen des te navranter.

Onlangs werd Louis Boeckmans officieel ereburger verklaard van Laakdal, de kleine Kempense gemeente waar hij nu woont. Dat dit gebeurde op de 75ste verjaardag van de bevrijding van Eindhout, Vorst en Veerle in september 1944 is allicht geen toeval. 'Mensen hebben nu eenmaal behoefte aan dit soort zingeving.' Het is hem alleszins gegund. Zoals het hem en Pieter Serrien van harte gegund is dat ‘De laatste getuige’ intussen aan een vierde druk toe is. Zo blijft ook dit belangrijke verhaal bewaard.

 

Martin Overheul

prijs: 
€ 21.99